Asperge

Asperge

Omschrijving

De asperge is een plant waarvan de jonge scheuten geteeld worden als groente. Er bestaan witte asperges, groene asperges en paarse asperges. De witte zijn onder de grond gegroeid en uit het licht gehouden, de groene en paarse asperges hebben wel de zon gezien. In Noordwest-Europa zijn de witte asperges het meest gebruikelijk, in landen als Italië de groene asperges. De paarse asperge is een nicheproduct. Ook komt de asperge in het wild voor in duinstruweel en langs rivieren.

Het woord asperge is via het Latijn (asparagus) ontleend aan het Griekse ἀσπάραγος (asparagos) of ἀσφάραγος (aspharagos), een woord van onzekere herkomst.

De eerste tekenen van aspergeconsumptie zijn gevonden in de piramide van Sakkara in Egypte, gebouwd rond 2750 v.Chr. Ook de Romeinen wisten de groente twee eeuwen voor Chr. al te waarderen. Na de val van het Romeinse Rijk is ook de aspergeteelt in Europa teloor gegaan. De kennis werd wel levend gehouden in de Levant. Nieuwe groenten, waaronder asperge, werden door de Arabieren in de middeleeuwen in het Spaanse Andalusië geïntroduceerd. In de 15e eeuw kwam de aspergeteelt vanuit Spanje (meegebracht door de Moren) via Frankrijk naar het Noorden. Sinds de 17e eeuw werd de asperge in Frankrijk en sommige andere West-Europese landen weer gekweekt.

In Nederland worden sinds de 19e eeuw op grotere schaal asperges geteeld. Het oudste nog bestaande gebied is dat rond Bergen op Zoom, maar sinds de Eerste Wereldoorlog is Noord-Limburg het belangrijkste productiegebied voor asperges. De veiling in Grubbenvorst is daarvan het centrum. De afgelopen decennia is het gewas ook in andere delen van het land (bijvoorbeeld Salland, Twente en Groningen) doorgedrongen. Een groot deel van de in Nederland gekweekte asperges wordt geëxporteerd naar Duitsland. In 2003 werd in Woerden een mes gevonden met de afbeelding van een asperge, reden waarom wordt aangenomen dat de asperge in Nederland al in de Romeinse tijd werd gegeten.

In België worden asperges gekweekt in de streek rond Mechelen en de streek rond Bornem/Puurs (Kalfort) en levert een beperkte oogst. Vooral Kalfort is hier zeer bekend om. Vandaar ook vieringen als ‘de aspergeworp’ eind augustus, en ‘aspuurge’ in het ‘Bos van Coolhem’ in Kalfort. De asperge groeit ook nu nog wild in sommige Europese streken, bijvoorbeeld in Polen.
De asperge is een meerjarige plant, die 8 tot 10 jaar achtereen op hetzelfde veld wordt geteeld. De bovengrondse plant, met houtige stengels en zijtakken, sterft af in de herfst, maar de ondergrondse delen overwinteren, en vormen in de lente nieuwe stengels. Ze worden als ze nog onder de grond zijn gestoken, en als groente verkocht. Dit zijn de witte asperges. Als de stengels wel boven de grond komen verkleuren ze naar groen of paars. Voor de witte asperges wordt de grond rond de plant ongeveer een halve meter opgehoogd, zodat de scheut zijn weg omhoog naar het licht zoekt, en de scheut geoogst kan worden voor hij het oppervlak heeft kunnen bereiken. Aspergevelden worden vaak overdekt met folie. Dit heeft het tweeledige doel om de grond te verwarmen, zodat de plant sneller groeit en meer opbrengst levert, en om te voorkomen dat de koppen gaan verkleuren.
Het aspergeseizoen is betrekkelijk kort; in Nederland ongeveer twee maanden. De eerste asperges steken in de lente de kop op (naar gelang de temperaturen in februari of begin maart). Traditioneel wordt er geoogst vanaf de tweede donderdag van april tot 24 juni (Hoogfeest van de geboorte van de Heilige Johannes de Doper). Hierna wordt de plant met rust gelaten om deze de tijd te geven om te groeien, zodat er nieuwe energie wordt opgedaan voor het volgende jaar. De (zonne-)energie wordt opgenomen door het bovengrondse groene aspergeloof en opgeslagen in de wortels.
De asperge heeft rechtopstaande stengels die tot 2 m lang kunnen zijn. De jonge stengels zijn de asperges. De plant heeft zeer fijne 10 tot 25 mm lange naaldvormige bladeren, die eigenlijk geen bladeren zijn maar vergelijkbaar met takjes. De eigenlijke blaadjes zijn schubvormig en hebben aan de rugzijde een korte stevige stekel. De plant vormt vlezige wortels, waarin het reserve voedsel wordt opgeslagen. De asperge is tweehuizig.

De plant bloeit in vanaf juli met groenachtig, eenslachtige bloemen. De vrucht is een rode bes.
De stengel van de asperge kan aangetast worden door de aspergevlieg (Platyparea poeciloptera), waardoor de stengels wat vergroeiïngen vertonen, geel kunnen verkleuren en zelfs af kunnen sterven. De aspergevlieg legt in het voorjaar eitjes op de jonge net zichtbare kopjes van de asperge. De larven die uit de eitjes tevoorschijn komen, eten verticale gangen en verpoppen in het stengeldeel onder de grond. Er kunnen bij een zware aantasting wel 3 à 4 larven in een aspergestengel actief zijn. Karakteristiek voor de aspergevlieg zijn de zigzag gestreepte vleugels, de vlieg is ongeveer 6 mm groot en is vooral waarneembaar op windstille avonden. Van deze vlieg komt maar een generatie per jaar voor, na eind juli is de aspergevlieg nauwelijks nog actief. Controle of aspergevlieg de boosdoener is, kan eenvoudig door afstervende stengels op verschillende plaatsen dwars door te snijden en te kijken of de typische vreetgangetjes van de larven te vinden zijn.

Zaaien en planten

Combinaties die je niet moet maken

Bewaren

Mijn ervaring

Nog helemaal geen ervaring. Wel een keer een zakje zaad gekregen maar het idee dat je 2 jaar moet wachten voordat het witte goud de grond uitkomt….

Inmiddels ontdekt dat je de asperge ook als plant kunt bestellen en dat je vanaf het 2e jaar kunt oogsten. Voor dit jaar wordt dat nog niets. Mijn tuin is al netjes ingedeeld en er is geen plaats voor deze plant die meerdere jaren, tot 10 jaar, op dezelfde plek kan bivakkeren.

 

 

Op dit moment ga ik, net zoals vele jaren hiervoor, op vrijdag- of zaterdagochtend op het fietsje richting Woubrugge waar al jaren bij Aspergehof de asperges versgestoken te koop zijn.

Recepten